Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [76]Mijn kinderkens, [77]die ik wederom arbeide te baren, totdat [78]Christus [79]een gestalte in u krijge. 76. Namelijk die ik door het Evangelie gebaard heb; 1 Kor.4:15. 77. Grieks van welken ik wederom in barensnood of pijn ben; dat is, die u eerst met veel moeite en arbeid bekeerd heeft uit het heidendom tot Christus, en over welken ik nu wederom groten arbeid en moeite zal moeten aanwenden, om u opnieuw van dezen uwe dwalingen te brengen. 78. Dat is, de zaligmakende kennis van Christus. 79. Dat is, gelijk een moeder haar kind zo lang draagt, totdat het een volmaakte gestalte heeft gekregen, en dan hetzelve baart; alzo zal ik niet ophouden te arbeiden, totdat gij in de rechte kennis van Christus zult bevestigd zijn.